Een Marsbasis bouwen is een vreselijk idee: Laten we het doen! | Kurzgesagt

🎁Amazon Prime 📖Kindle Unlimited 🎧Audible Plus 🎵Amazon Music Unlimited 🌿iHerb 💰Binance

Video

Transcriptie

Van vijandige woestijnen tot eenzame eilanden en de hoogste bergen,

overal waar ruimte is om uit te breiden, doen mensen dat.

Het is dus niet verwonderlijk dat we ons voorbereiden om naar Mars te gaan,

en om de eerste permanente kolonie buiten de aarde te creëren -

of een andere planeet te terravormen en een tweede ‘blauw thuis’ te maken.

Maar wacht, voordat we bij de leuke toekomstdingen kunnen komen,

moeten we eerst de tweede fase van kolonisatie voltooien;

een semi-permanente buitenpost als basis voor een grotere aanwezigheid.

Maar het zal lastig zijn dat te doen.

Zelfs voor een expansionistische soort als wij zijn is Mars extreem.

Op het eerste gezicht lijkt Mars bekend - poolkappen, grote valleien,

vloeibaar water onder het oppervlak en een dag net iets langer dan op aarde.

De ideale plek om naartoe te gaan.

Helaas is Mars eigenlijk een koude, radioactieve woestijn

waar de grond giftig is en ademen onmogelijk.

Mars is verschrikkelijk. Daar wil je vrijwel zeker niet heen.

Pioniers die het harde werk op Mars doen, zullen een intens stressvol leven hebben,

gevuld met zeer uitdagende problemen die nog nooit eerder zijn tegengekomen.

Maar er zijn genoeg mensen die dat werk willen doen

en we hebben de technologie waarmee ze dat kunnen doen.

We gaan er nu vanuit dat er al missies naar Mars zijn geweest,

om een buitenpost op te zetten en middelen en uitrusting op te slaan,

en dat er een maanbasis is die dienst doet als tussenstation voor Mars-missies.

De eerste uitdaging voor onze buitenpost is dat Mars erg energiearm is.

Door de afstand tot de zon is zonne- energie 40% zo effectief als hier.

Het zwakke zonlicht wordt vaak dagenlang verduisterd door enorme stofstormen.

Zonne-energie alleen zal waarschijnlijk niet voldoende zijn.

Alternatieven, zoals windenergie en geo-warmte, zijn ook niet haalbaar

omdat er nauwelijks atmosfeer is en het binnenste van Mars veel te koud is.

In eerste instantie zou nucleaire technologie de enige optie kunnen zijn.

Omdat Mars geen gemakkelijk toegankelijke radioactieve elementen heeft,

moet de nucleaire brandstof en de reactor van de aarde komen.

Als het lukt, kan het de kleine buitenpost de eerste jaren van stroom voorzien.

Helaas zal die energie niet zo nuttig zijn als we niet kunnen ademen.

De atmosfeer is slechts 1% zo dicht als hier en bestaat grotendeels uit CO2.

Leefmodules moeten onder druk komen en gevuld met een kunstmatige atmosfeer,

van stikstof en zuurstof - wat meer problemen oplevert.

Hoeken en vlakke wanden zijn zwakke punten,

dus de leefmodules hebben ronde, gladde vormen

om de stress van grote drukverschillen tussen binnen en buiten aan te kunnen.

De luchtsluizen moeten luchtdicht zijn en altijd perfect werken.

Zonder een uitgebreide magnetosfeer of een dichte atmosfeer

bereikt de helft van alle straling uit de ruimte de grond.

Op het oppervlak zou iemand worden blootgesteld

aan 50 keer de straling die hij op aarde zou hebben.

Drie jaar op het oppervlak van Mars overschrijdt de stralingslimieten

die NASA-astronauten gedurende hun hele carrière mogen krijgen.

Dit verhoogt het risico op kanker aanzienlijk.

Om dat te voorkomen, zouden we de leefmodules kunnen afschermen

met een laag bevroren CO2, die direct uit de atmosfeer kan worden gehaald.

Het droogijs afdekken met een meter aarde kan de bescherming nog verhogen.

Helaas betekent dit bijna geen ramen.

Binnenin zullen de meeste woonruimtes raamloze tunnels zijn.

Van buiten zien ze eruit als grafheuvels.

Dit alles zou nog steeds niet alle straling tegenhouden,

maar het genoeg verminderen om langere tijd te overleven.

Het zal buiten echter niemand beschermen.

Robots zullen worden gebruikt voor routinewerk aan de oppervlakte,

terwijl de bemanning binnen blijft.

Binnen blijven is om nog een andere reden een goed idee: Marsstof.

Het is veel fijner dan op aarde, dus het kan terechtkomen

in tandwielen of elektronica van onze machines.

Omdat het ook erg droog is, is het elektrostatisch geladen;

het plakt aan alles, zoals ruimtepakken.

Het zal niet te voorkomen zijn dat we Marsstof meenemen in onze leefmodule

en in de longen van de bemanning.

Nog erger is dat de bodem van Mars gevuld is met zeer giftige perchloraatzouten.

Constante blootstelling kan dodelijk zijn.

Het kan nog wel worden overwonnen.

Ruimtepakken kunnen zo worden gemaakt dat ze nooit de basis binnenkomen,

maar aan de buitenkant van de leefmodules blijven zitten.

Oké, mooi.

Nu we mensen hebben veiliggesteld, wat betreft energie en lucht,

en beschermd tegen kanker, hebben we alleen nog voedsel nodig.

Water is gemakkelijk te vinden

als een nederzetting nabij de Marspolen met dikke ijslagen staat.

Verbouwen van voedsel is een ander soort uitdaging.

De Marsbodem is alkalisch en missen de essentiële stikstofverbindingen

die planten nodig hebben om te groeien.

Voor we iets kunnen verbouwen, moeten we de grond ontsmetten,

wat moeilijk en duur is.

De grond kan dan worden bemest met gerecycled biologisch afval.

Dit kost veel tijd en is erg energie-intensief.

We kunnen dus ‘aquaponics’ gebruiken om vissen en planten te kweken -

en zo het dieet van de astronauten gevarieerder en smakelijker te maken.

Dit zal een belangrijke psychologische boost zijn voor de overwerkte bemanning.

Al deze dingen lossen één belangrijk probleem niet op:

Mars heeft slechts 38% van de zwaartekracht van de aarde,

wat spierafbraak, botverlies en hart- en vaatproblemen kan veroorzaken.

In de toekomst kan dit worden opgelost door roterende woonmodules,

tot dan moet men leven met een lage zwaartekracht

en veel oefenen om de vermindering te vertragen.

De bemanningen zullen om de paar jaar moeten rouleren,

nadat ze vastzaten in krappe ruimtes zonder ramen,

met dezelfde mensen, elke dag dezelfde routines uitvoeren

met weinig contact met de buitenwereld en veel zorgen.

Net als Antarctische wetenschappers of onderzeeërpersoneel,

zullen ze intensieve psychologische screening ondergaan

zodat ze mentaal veerkrachtig genoeg zijn om deze levensstijl jaren aan te kunnen.

Het opzetten van de eerste infrastructuur op Mars zal extreem belastend zijn

dat alleen zeer vastberaden en competente mensen kan doen.

Gelukkig zijn die er genoeg op aarde.

En daar is het: een kleine Mars-basis die minstens tientallen jaren zal overleven -

zolang het constante aanvoer van middelen, onderdelen, nucleaire brandstof

en mensen van de aarde krijgt.

Helaas zijn Mars en de aarde gescheiden door miljoenen kilometers

en omloopperioden die om de twee jaar een smal reisvenster overlaten.

Als er een noodgeval is, kan de aarde pas helpen

tijdens het volgende reisvenster.

Helpers kunnen aankomen op een planeet vol doden.

Het vestigen op Mars zal onze moeilijkste uitdaging ooit zijn.

Het zal een hels karwei zijn om de infrastructuur op te zetten.

Maar we zijn koppig en houden van extreme uitdagingen.

Als we fase 2 van de kolonisatie doorzetten, is alles mogelijk.

Steden die de nacht van Mars verlichten, een knooppunt voor reizen tussen planeten,

Bedrijven in een baan om de aarde en een echte multi-planetaire toekomst vormen.

Naar Mars gaan is moeilijk, maar de moeite waard.

Als we geluk hebben, zijn we er misschien lang genoeg

om het mee te maken en de mensen aan te moedigen

die deze uitdagingen aangaan in het belang van ons allemaal.